Implementatiediagram: UML-tutorial met VOORBEELD

Wat is implementatiediagram?

Deployment Diagram is een type diagram dat de fysieke hardware specificeert waarop het softwaresysteem zal worden uitgevoerd. Het bepaalt ook hoe de software wordt geïmplementeerd op de onderliggende hardware. Het brengt softwareonderdelen van een systeem in kaart naar het apparaat dat het zal uitvoeren.

Het implementatiediagram brengt de softwarearchitectuur die in het ontwerp is gemaakt in kaart naar de fysieke systeemarchitectuur die deze uitvoert. In gedistribueerde systemen modelleert het de distributie van de software over de fysieke knooppunten.

De softwaresystemen manifesteren zich met behulp van verschillende artefacten, en vervolgens worden ze toegewezen aan de uitvoeringsomgeving die de software gaat uitvoeren, zoals knooppunten. Er zijn veel knooppunten betrokken bij het implementatiediagram; daarom wordt de relatie daartussen weergegeven met behulp van communicatiepaden.

Er zijn twee vormen van een implementatiediagram.

• Descriptof vorm
• Het bevat knooppunten, de relatie tussen knooppunten en artefacten.
• Instantieformulier
• Het bevat knooppuntinstanties, de relatie tussen knooppuntinstanties en artefactinstanties.
• Een onderstreepte naam vertegenwoordigt knooppuntinstanties.

Doel van een implementatiediagram

Implementatiediagrammen worden gebruikt met als enig doel te beschrijven hoe software wordt geïmplementeerd in het hardwaresysteem. Het visualiseert hoe software interageert met de hardware om de volledige functionaliteit uit te voeren. Het wordt gebruikt om software-naar-hardware-interactie te beschrijven en vice versa.

Implementatiediagramsymbool en notaties

Een implementatiediagram bestaat uit de volgende notaties:

1. een knoop
2. Een onderdeel
3. Een artefact
4. Een interface

Wat is een artefact?

Een artefact vertegenwoordigt de specificatie van een concrete real-world entiteit gerelateerd aan softwareontwikkeling. U kunt het artefact gebruiken om een ​​framework te beschrijven dat wordt gebruikt tijdens het softwareontwikkelingsproces of een uitvoerbaar bestand. Artefacten worden op de knooppunten geïmplementeerd. De meest voorkomende artefacten zijn als volgt:

1. Bronbestanden
2. Uitvoerbare bestanden
3. Databasetabellen
4. Scripts
5. DLL-bestanden
6. Gebruikershandleidingen of documentatie
7. Uitvoerbestanden

Artefacten worden op de knooppunten ingezet. Het kan fysieke manifestatie bieden voor elk UML-element. Over het algemeen manifesteren ze componenten. Artefacten worden gelabeld met het stereotype < >, en er kan een artefactpictogram in de rechterbovenhoek staan.

Elk artefact heeft een bestandsnaam in de specificatie die de fysieke locatie van het artefact aangeeft. Een artefact kan een ander artefact bevatten. Het kan van elkaar afhankelijk zijn.

Artefacten hebben hun eigenschappen en gedrag dat ze manipuleert.

Over het algemeen wordt een artefact als volgt weergegeven in de uniforme modelleringstaal.

Artefact-instanties

Een artefactinstantie vertegenwoordigt een instantie van een bepaald artefact. Een artefactinstantie wordt aangegeven met hetzelfde symbool als dat van het artefact, behalve dat de naam onderstreept is. UML-diagram maakt het mogelijk om onderscheid te maken tussen het originele artefact en de instantie. Elke fysieke kopie of bestand is een exemplaar van een uniek artefact.

Over het algemeen wordt een artefactinstantie als volgt weergegeven in de uniforme modelleringstaal.

Wat is een knoop?

Node is een computationele resource waarop artefacten worden ingezet voor uitvoering. Een node is een fysiek ding dat een of meer artefacten kan uitvoeren. Een node kan variëren in grootte, afhankelijk van de grootte van het project.

Node is een essentieel UML-element dat de uitvoering van code en de communicatie tussen verschillende entiteiten van een systeem beschrijft. Het wordt aangeduid door een 3D-vak met de node-naam erin geschreven. Nodes helpen de hardware over te brengen die wordt gebruikt om de software te implementeren.

Een associatie tussen knooppunten vertegenwoordigt een communicatiepad van waaruit informatie in elke richting wordt uitgewisseld.

Over het algemeen heeft een knooppunt de volgende twee stereotypen:

• << apparaat >>Het is een knooppunt dat een fysieke machine vertegenwoordigt die berekeningen kan uitvoeren. Een apparaat kan een router of een server-pc zijn. Het wordt weergegeven met behulp van een knooppunt met stereotype < >.

  In het UML-model kunt u ook één of meerdere apparaten in elkaar nesten.

Hieronder ziet u een weergave van een apparaat in UML:



• << uitvoeringsomgeving >>Het is een knooppunt dat een omgeving vertegenwoordigt waarin software wordt uitgevoerd. Bijvoorbeeld, Java aanvragen worden uitgevoerd in Java virtuele machine (JVM). JVM wordt beschouwd als een uitvoeringsomgeving voor Java toepassingen. We kunnen een uitvoeringsomgeving nesten in een apparaatknooppunt. U kunt meer dan één uitvoeringsomgeving in één apparaatknooppunt samenbrengen.

Hieronder ziet u een weergave van een uitvoeringsomgeving in UML:

Hoe teken je een implementatiediagram?

Het implementatiediagram visualiseert de topologische weergave van een volledig systeem. Het vertegenwoordigt de inzet van een systeem.

Een implementatiediagram bestaat uit knooppunten die de fysieke apparaten beschrijven die in het systeem worden gebruikt. Op deze knooppunten worden artefacten geïmplementeerd. We kunnen ook knooppuntinstanties hebben waarop artefactinstanties worden geïmplementeerd.

Knooppunten en artefacten van een systeem nemen deel aan de uiteindelijke uitvoering van een systeem.

Een implementatiediagram speelt een cruciale rol tijdens het administratieve proces en moet voldoen aan de volgende parameters:

• Hoge prestaties
• Onderhoudbaarheid
• Schaalbaarheid
• Draagbaar
• Gemakkelijk te begrijpen

Nodes en artefacten zijn de essentiële elementen van deployment. Voordat u het deploymentdiagram daadwerkelijk tekent, moeten alle nodes en de relatie tussen elke node van het systeem worden geïdentificeerd.

U moet de architectuur van een systeem kennen, of een applicatie nu een webapplicatie, cloudapplicatie, desktopapplicatie of mobiele applicatie is. Al deze dingen zijn cruciaal en spelen een cruciale rol tijdens de ontwikkeling van een implementatiediagram.

Als alle knooppunten, relaties en artefacten bekend zijn, wordt het eenvoudig om een ​​implementatiediagram te ontwikkelen.

Voorbeeld van een implementatiediagram

Het volgende implementatiediagram geeft de werking van de HTML5-videospeler in de browser weer:

Wanneer gebruik je een implementatiediagram?

Implementatiediagrammen worden meestal gebruikt door systeembeheerders, netwerkengineers, etc. Deze diagrammen worden gebruikt met als enig doel om te beschrijven hoe software wordt geïmplementeerd in het hardwaresysteem. Het visualiseert hoe software samenwerkt met de hardware om de volledige functionaliteit uit te voeren.

Om de software efficiënt en sneller te laten werken, moet ook de hardware van goede kwaliteit zijn. Het moet efficiënt worden ontworpen om de software goed te laten werken en in korte tijd nauwkeurige resultaten te produceren.

Implementatiediagrammen kunnen worden gebruikt voor,

1. Modelleren van de netwerktopologie van een systeem.
2. Modelleren van gedistribueerde systemen en netwerken.
3. Voorwaartse en omgekeerde engineeringprocessen.

Samenvatting

• Het implementatiediagram koppelt de softwarearchitectuur die tijdens het ontwerp is gemaakt aan de fysieke systeemarchitectuur die deze uitvoert.
• Het wijst softwareonderdelen van een systeem toe aan de hardware die het gaat uitvoeren.
• Het implementatiediagram visualiseert de topologische weergave van een heel systeem.
• Knooppunten en artefacten zijn de essentiële elementen van de implementatie.
• Knooppunten en artefacten van een systeem nemen deel aan de uiteindelijke uitvoering van een systeem.