SAP CRM Web UI: configuratie-, applicatie- en verbeteringstools

Overzicht

• SAP CRM heeft veel standaardrollen gedefinieerd (bijvoorbeeld Sales Professional) en toepassingen binnen deze rollen (bijvoorbeeld Accountmanagement)
• In het algemeen gebruiken bedrijven de standaardapplicaties niet zoals ze zijn en gaan ze voor kleine of grote verbeteringen
• Dit overwegende, SAP CRM is geïmplementeerd met tools ter verbetering van SAP standaard toepassingen. Met behulp van deze tools is het mogelijk om de weergaven te wijzigen, velden toe te voegen, tabellen toe te voegen, enz. in de bestaande applicaties
• Deze hulpmiddelen omvatten voornamelijk:
• Web UI-configuratietool
• Hulpmiddelen voor applicatieverbetering (AET)

Web UI-configuratietool

• De lay-out die voor elke weergave wordt weergegeven in SAP CRM wordt onderhouden als Web UI-configuratie
• Deze configuraties worden geïdentificeerd aan de hand van 4 parameterwaarden
• Zo kunt u de Web UI-configuraties uitbreiden met nieuwe lay-outs met behulp van verschillende parameterwaarden
• De velden die in de web-UI worden weergegeven, zijn afkomstig uit de databasestructuren die zijn gedefinieerd in het gegevenswoordenboek
• Volgens de vereisten worden niet alle velden op alle schermen weergegeven
• Het is mogelijk om de schermen aan te passen met behulp van de Web UI-configuratietool
• Met deze tool is het mogelijk om enkele velden van de schermen te verwijderen
• Het maakt het ook mogelijk om een ​​veld dat beschikbaar is in de datadictionary-structuur aan het scherm toe te voegen
• Op alle pagina's in de CRM-webgebruikersinterface, is er een knop om naar “Web UI tool” te gaan
• Er zijn vooraf gedefinieerde rollen nodig om deze knop beschikbaar te maken
• Om deze knop te zien en wijzigingen in deze tool aan te brengen, moet de gebruiker dus over voldoende autorisaties beschikken

1. Configureerbaar gebied : dit markeert het gebied op het scherm dat configureerbaar is
2. Configureer pagina : Dit opent de pop-up om de huidige pagina te configureren:

3. Personalisatie
1. Hiermee kan de gebruiker zijn eigen lay-out van de weergave instellen
2. Dit heeft invloed op de individuele gebruiker en is niet van toepassing op de hele applicatie

4. Print pagina : Om de huidige pagina af te drukken

• Om een ​​nieuwe lay-out te maken, is het mogelijk om met de knop “Nieuw” een leeg formulier te maken
• U kunt ook de bestaande configuratie kopiëren en deze vervolgens indien nodig wijzigen
• Web UI Configuration Tool ondersteunt de drag-n-drop-functie om de velden aan de lay-out toe te voegen
• Het biedt ook de mogelijkheid om verschillende eigenschappen van een veld in te stellen
• In enkele gevallen omvatten de implementaties van deze verbeteringen ook ABAP-programmering in de Web UI-componenten

Beschikbare configuraties (screenshot hierboven)

• Een configuratie wordt geïdentificeerd met een unieke combinatie van de volgende velden:
• Rolconfiguratiesleutel
• Componentgebruik
• Object type
• Objectsubtype
• Afhankelijk van de verschillende combinaties kunnen er meerdere configuraties beschikbaar zijn voor een weergave
• Als u een rij in dit toewijzingsblok selecteert, wordt het “Huidige configuratieontwerp” bijgewerkt, zodat de lay-out wordt weergegeven die is ontworpen onder de geselecteerde configuratie

• Knoppen om aan de configuratie te werken (zie screenshot hierboven): Dit zijn de knoppen om het “Huidige configuratieontwerp” voor de geselecteerde configuratie in “Beschikbare configuraties” te wijzigen
  1. Bijschrift toevoegen: Met de knop is het mogelijk om het bijschrift toe te voegen aan de formulierweergave op een overzichtspagina
  2. Regel toevoegen: Met deze knop wordt een rij toegevoegd in het gebied 'Huidig ​​configuratieontwerp'
  3. Omhoog: Met deze knop verplaatst u een geselecteerd veld één rij boven de huidige rij
  4. Omlaag: Met deze knop verplaatst u een geselecteerd veld één rij onder de huidige rij
  5. Beschikbare velden tonen: (Fig. 3) het toont alle velden die beschikbaar zijn om aan de lay-out toe te voegen, zodat deze zichtbaar zijn in de applicatie
  6. Toon veldeigenschappen: (Fig. 3) het laat zien dat u eigenschappen kunt zien en instellen van het veld dat in de lay-out is geselecteerd
  7. In de bewerkingsmodus is het mogelijk om enkele van deze eigenschappen te wijzigen

• Deze tool ondersteunt het toevoegen of verwijderen van velden (beschikbaar in de datadictionary) uit de weergavelay-out
• Met deze tool is het niet mogelijk om de velden toe te voegen aan de datadictionary-structuren en -tabellen, zodat ze weerspiegelen in uw CRM.
• Het configuratiescherm voor tabelweergave heeft een andere lay-out, waarbij de gebruiker de beschikbare kolommen en eigenschappen van deze kolommen moet instellen

Beveiligingsbekommernissen

• Eindgebruikers mogen geen toegang hebben om deze instellingen in de configuratietool uit te voeren. Alleen supergebruikers of ontwikkelaars krijgen deze rollen toegewezen
• Elke aangebrachte wijziging is zichtbaar voor alle gebruikers die toegang hebben tot de applicatie
• Naast de wijzigingen die in de UI-configuratietool zijn geïmplementeerd, kunnen eindgebruikers instellingen uitvoeren voor het personaliseren van de weergave. Personalisatie-instellingen zijn van toepassing op de individuele gebruiker en worden niet gedeeld tussen de eindgebruikers
• Afhankelijk van de vereiste kan personalisatie worden beheerd binnen de aanpassingsinstelling
• Dit betekent dat er aangepaste instellingen zijn waarmee ontwikkelaars kunnen voorkomen dat gebruikers de weergaven personaliseren
• Na het toepassen van deze instelling is de personalisatieknop niet beschikbaar voor de eindgebruikers

Applicatieverbeteringstool (AET)

• Application Enhancement Tool is een uitgebreid hulpmiddel voor het verbeteren van de SAP standaardapplicaties zodanig dat de wijzigingen tot op databaseniveau door de tool zelf worden geïmplementeerd en er vrijwel geen codeerinspanningen nodig zijn.
• Deze tool is ook geïntegreerd met de Web UI-configuratietool.

• Net als bij de UI-configuratietool, moet u eerst het configureerbare gebied (blauw gemarkeerd) in de applicatie selecteren

• Hierdoor wordt de UI-configuratietool geopend in hetzelfde venster als hieronder weergegeven
  

  

We moeten een relevante knop selecteren voor AET-verbeteringen (hierboven gemarkeerd)

• Verbeteringen weergeven: Hiermee kunt u reeds bestaande verbeteringen zien. Het is mogelijk om een ​​uitbreiding te selecteren en deze te wijzigen
• De knop “Veld aanmaken” kan worden gebruikt om een ​​nieuw veld aan te maken in de selectieweergave

Hieronder ziet u een overzicht van de bestaande veld- en tabelverbeteringen:

Deze weergave heeft knoppen voor weergave- en tabelverbeteringen in de respectievelijke toewijzingsblokken:

• Nieuw: Met deze knop is het mogelijk om nieuwe velden aan te maken en ook om tabellen aan te maken
• Met behulp van de hyperlink in de eerste kolom (Enhancement Id) is het mogelijk een bestaande verbetering te bewerken

Verbeterde weergave

• Om een ​​weergave te verbeteren nadat u op de knop “Nieuw” hebt geklikt (weergegeven in bovenstaande schermafbeelding), moet u het bedrijfsobjectgedeelte selecteren waar het nieuwe veld of de nieuwe tabel moet worden toegevoegd:

• Afhankelijk van het geselecteerde object worden de databasetabellen en de structuren geselecteerd.
• Terwijl u een veld aanmaakt, moet u de eigenschappen van het veld instellen:

• Afhankelijk van de geselecteerde eigenschappen wordt het veld gegenereerd en worden verschillende lagen verbeterd voor het nieuwe veld
• De knop “Exportmodus inschakelen” kan worden gebruikt zodat het raamwerk eigenschappen kiest uit het gegevenselement dat in de velddefinitie wordt gebruikt
• In de Expertmodus moeten we een waarde instellen voor het veld Gegevenselement
• Bij de definitie van gegevenselementen is het mogelijk om eigenschappen in te stellen zoals Label (Description)
• Verschillende eigenschappen van het veld moeten dus automatisch worden ingesteld met behulp van de data-elementdefinitie in de data dictionary

• Op dezelfde manier kunnen we tabelvelden maken met behulp van de AET
• Voor de tabel moeten we de details van de tabel als geheel opgeven en ook de individuele velden die voor de tabel moeten worden gegenereerd

• Zodra een veld of tabel is gegenereerd met behulp van de AET, wordt de applicatie opnieuw opgestart en kan de gebruiker het nieuwe veld of de nieuwe tabel gebruiken
• Deze velden en tabel hebben ook de vereiste databasetabellen bijgewerkt
• Dit betekent dat wanneer u een waarde voor deze velden invoert en een opslag uitvoert, de waarde in de database wordt opgeslagen